De opa van Josse (11, ik-persoon) wordt na een hersenbloeding opgenomen in het ziekenhuis. Van de neuroloog moet Josse herinneringen aan opa ophalen, zodat die kunnen helpen bij de behandeling. Zo denkt Josse terug aan de vele keren in het Vogelplantsoen waar opa verhalen vertelde over allerlei goden en verre eilanden, zijn vrouw Sofie en bijzondere vogels. Maar ook over de talloze keren dat ze in opa’s werkschuur samen knutselden en werkten aan allerlei uitvindingen. Maar Josse herinnert zich ook zijn overleden zusje Musje en het soms vreemde gedrag van opa, die gekke dingen ziet die er niet zijn en soms in zijn eigen hoofd verdwaalt. Invoelend geschreven verhaal met mooie, literaire taal. De bijzondere verhaallijn bestaat uit twee delen: de herinneringen die opa kwijt is en herinneringen van Josse zelf. Veel beschrijving en wat minder dialoog. Elk hoofdstuk wordt afgesloten met een speciale herinnering in cursieve druk van Josse aan opa. Afsluitend een nawoord. Bruikbaar bij gesprekken over dementie en Parkinson. De auteur schreef ruim vijfentwintig jeugdboeken en ontving diverse literaire prijzen. Vanaf ca. 11 jaar.